Megastallen, natuurbehoud, biodiversiteit: op het raakvlak van landbouw en natuurbeheer moet GroenLinks lokaal keuzes maken. Op de achtergrond spelen de richtlijnen voor natuurbeheer en behoud van de biodiversiteit en het gemeenschappelijk landbouwbeleid in de Europese Unie. Reden voor de Europawerkgroep om de landbouwwerkgroep en de werkgroep natuur en milieu uit te nodigen voor een discussie.
De aanleiding voor de bijeenkomst van de drie werkgroepen op maandag 25 maart was voor de Europawerkgroep de vraag welke lokale issues verbonden kunnen worden met de Europese politiek. Voor de gezamenlijke verkiezingscampagne begin volgend jaar hebben we concrete onderwerpen nodig waarmee we kunnen laten zien dat GroenLinks op zowel het lokale als het Europese niveau werkt aan groene en sociale doelen.
In een artikel in Trouw begin dit jaar werd het agrarisch natuurbeheer, een van de onderdelen van het Europese landbouwbeleid, gekarakteriseerd als "nodeloos ingewikkeld en weinig effectief".
Kees van Zelderen, melkveehouder en lid van de landbouwwerkgroep, opende de discussie met zijn stelling dat we in plaats van over landbouw beter over voedsel kunnen praten. Voedselproductie, -kwaliteit en -veiligheid zijn onderwerpen waar iedereen bij betrokken is, waar mensen zich zorgen over maken en waar ze een standpunt over hebben. Daar moeten we als GroenLinks op inspringen. Hij verwijst naar de Europese Groene fractie die een campagne voert onder de leuze: Baas op eigen bord. De voedselproblematiek heeft een link met gezondheid, maar ook met natuurbehoud. Je kunt vanuit deze invalshoek landbouw en natuur mooi koppelen. En in het Europese beleid voor plattelandsontwikkeling zitten aanknopingspunten voor lokale projecten die beide belangen behartigen.
Het Gemeenschappelijke landbouwbeleid (GLB) van de EU is als een mammoettanker die moeilijk van koers is te veranderen. Het gaat nu allemaal richting liberalisering, vertelde Jaap Schouls, ook lid van de landbouwwerkgroep. Met een klein beetje aandacht voor plattelandsontwikkeling en natuurbeheer. De vergroening zit in de verplichting tot gewasdiversificatie en de bestemming van een nader te bepalen percentage van de beschikbare grond (5 of 7%) voor natuur. Maar verder blijft de industrialisatie van de landbouw de hoofdtrend.
Op natuurgebied staat het budget voor uitvoering van de Vogel- en Habitatrichtlijn onder druk van de bezuinigingen, vertelt Kees de Pater van de werkgroep natuur en milieu. Voor bijzondere natuurgebieden hebben we het Natura 2000 beleid en de Ecologische Hoofdstructuur (EHS). Maar voor de overgrote meerderheid van het landschap zal het allemaal moeten komen van het landbouwbeleid.
Samenwerking tussen boeren en natuurbeschermers in agrarische natuurverenigingen kan een oplossing bieden. Maar de effectiviteit van agrarisch natuurbeheer is volgens Volkert Vintges, ook van de werkgroep natuur en milieu, bedroevend. Boeren zijn volgens hem goed om het landschap te onderhouden. Maar natuurbeheer is iets anders, omdat dat alleen maar kan als ook milieufactoren zoals verschraling en vernatting worden uitgevoerd en dit is i.h.a. in strijd met het landbouwbelang.
De vraag is dus of een dergelijke samenwerking wel past in het dominante economische patroon van de EU? De interne markt draait om de vrije, op concurrentie gerichte ondernemer, ook in de landbouw, waarbij het vooral gaat om kostenreductie.Voor GroenLinks ligt hier een lastige opgave. Aan de ene kant ligt het juist heel sterk in onze lijn om boeren en burgers op een en hetzelfde groene spoor te krijgen. Aan de andere kant zien we ook keiharde tegenstellingen tussen de ouderwetse agrarische ondernemers, zeg maar de CDA-basis, en burgers die natuur willen beleven en zich zorgen maken om hun voedsel.
De Gemeente zou wellicht een bemiddelende rol kunnen spelen bij het samenbrengen van producenten en consumenten. Over het algemeen lopen de financiële stromen echter eerder via de provincie dan via de gemeente. Dat wil niet zeggen dat gemeenten geen rol kunnen spelen bij de afstemming van landbouw en natuurbeheer. Er moeten bestemmingsplannen worden vastgesteld en daarin kunnen keuzes worden gemaakt. Tegen megastallen, bijvoorbeeld, zoals in de provincie Groningen. Daar is ook op het platteland genoeg steun voor te vinden. "We hebben al genoeg beesten hier", verwoordt Volkert Vintges de stemming bij veel plattelandsbewoners.
Maar er zijn ook genoeg positieve actiepunten te vinden. Bij de uitvoering van het Natura 2000 programma zitten gemeenten ook aan tafel. Voor voedselproductie en voedselkwaliteit komt steeds meer aandacht, daar moeten we volgens Kees van Zelderen op inspelen. Vreemd genoeg wordt die trend nog niet direct in verband gebracht met GroenLinks, merken anderen op. Het is duidelijk dat hier kansen liggen. Van Zelderen wijst ook op de groei van de beweging voor stadslandbouw. Grote gemeenten kunnen initiatieven op dit gebied steunen. De educatieve waarde van landbouw in de directe omgeving van woonwijken moet ook niet onderschat worden.
Tot slot een citaat van de voormalige groene minister van Landbouw Renate Künast. We hebben in Duitsland de "energiewende" in gang gezet, zei zij onlangs. Laten we nu ook gaan werken aan een "voedselwende". Een mooi perspectief, ook voor GroenLinks.
Een bron van inspiratie is het nieuwe nummer van het Green European Journal, geheel gewijd aan Food: the (agri)cultural revolution. Daarin lezen we onder ander hoe de groene bestuurders van het Brusselse gewest prioneren in een duurzame voedselvoorziening.