Esther Alder (burgemeester van Genève/Zwitserland) vertelde dat in haar stedelijke aanpak de kinderen en de ouderen als meest kwetsbare groepen de meeste aandacht krijgen. De kinderopvang wordt enorm uitgebreid en er wordt geïnvesteerd in pre-schoolse opvang. Bij de inrichting van de openbare ruimte worden de kinderen betrokken en worden hun wensen geïnventariseerd.
Vanwege de vergrijzing wordt er aan gewerkt ouderen bij maatschappelijke en culturele activiteiten te betrekken en wordt er 'out reachend' gewerkt richting doelgroep.
Het burgemeesterschap rouleert iedere vijf jaar tussen de collegeleden in Genève.
De burgemeester van de regio Kozani/Macedonië uit Griekenland, Lefteris Ioannides, ondervindt grote problemen met de mijnen (bruinkool winning) in zijn regio. De gezondheid van de mensen wordt aangetast en het oppervlakte- en grondwater wordt ernstig vervuild. De dorpen betalen nu veel geld om hun land te irrigeren en betalen ook voor het drinkwater. In de regio is ook nog eens de grootste jeugdwerkloosheid van heel Europa, nl. 70%. Alhoewel de exploitatie van bruinkool heeft bijgedragen tot elektrificatie van het land en de inkomens van mensen zijn gestegen, heeft deze ontwikkeling een negatief effect gehad op sociaal- en economisch gebied en op het milieu.
Het bruinkool tijdperk nadert zijn einde, o.a. vanwege de klimaatverandering. Daarom worden nu plannen gemaakt voor het post-bruinkool tijdperk.
Om de omslag te maken naar duurzame energie worden allerlei plannen ontwikkeld met zon en wind. De natuur in de regio wordt ontwikkeld zodat bewoners en bezoekers hier van kunnen genieten. De kweek van aromatische kruiden wordt bevorderd. In de stad Kozani zelf is gekozen om compact te bouwen, meer groen te ontwikkelen, en vuil te recyclen. De stad maakt deel uit van een Green Greek Cities Network. Rode draad hierbij is participatie van de inwoners samen met de ambtenaren en volksvertegenwoordigers.
Rebeka Szabó, locoburgemeester van het 14e district van Budapest, Hongarije sprak over manieren van sociale integratie ten tijde van sociale crisis. Zij werkt in een district in Budapest waar armoede onder kinderen heerst. Zij is vooral bezig met de basisbehoeften van mensen: voedsel en onderdak. Er is een groot te kort aan sociale huisvesting en Rebeka wil het plaatselijke bestuur een rol geven als bemiddelaar. Ze zouden private huizen moeten huren om ze door te verhuren aan de woningzoekenden.
Haar bestuur zorgt ook voor een sociale schoonheidssalon voor werklozen, waar een schoonheidsspecialiste, een kapper en een pedicure werken. Verder is haar bestuur actief in het vergroenen van de openbare ruimte bij de flats samen met de bewoners en het bevordert de oprichting van sportverenigingen.